Thijbosch

Wim Tijbosch


Ravensbos 1964 - 1969 (11 - 16 jaar)


 

Ravensbos is voorbij. Jaren lang heb ik gehoopt om nog een keer een reünie mee te maken in het gebouw waar ik mijn jeugd heb doorgebracht. Herinneringen opdoen met medescholieren, de geur

van de studiezalen opsnuiven, de gangen, de kapel. Na ruim 30 jaar ging ik terug, maar beelden van mijn jeugd vielen aan duigen.

 

 

Na enig zoeken was het statige gebouw van veraf al zichtbaar, maar dichtbij gekomen bleek het in verval te zijn. Verveloos, daklijsten verrot, bomen verdwenen, het park verwilderd, de cour vol containers en oud ijzer, de hoofdingang vol rommel. Verkocht aan een paardenhandelaar; een deel in gebruik door Jomanda. Thuis ging

ik op internet zoeken naar Ravensbos en ik was verrast toen ik na het intikken van 'Ravensbos' in Google meteen bij de site www.ravensbos.nl kwam. Ik zag dezelfde foto's als in mijn fotoalbum en las de verhalen. Ik kreeg een wee gevoel. In een mengeling van jeugdsentimenten kwamen herinneringen boven.

 

 

Aardappels narapen in de brandende zon met de jerrycans limonade op de kar achter de tractor, de processies door de velden in de frisse voorjaarsochtenden, de wandelingen door het Ravensbos, mijn eerste biertje in een Valkenburgs café, de wandelingen over de holle weg naar Valkenberg, in de dichte begroeiing achter de cour zoeken naar boomkikkertjes (die we natuurlijk nooit vonden), met zijn allen appels plukken in de boomgaard, de ziekenzaal waar je naar je

transistorradiootje kon luisteren, de studiezalen met de verplichte

studie-uren die soms veel te lang duurden, de houten kruisbeeldjes op de bureautjes, de slaapzalen, het klappen iedere ochtend van pater Steenbergen, de prefect, om ons wakker te maken, de boerderij waar broeder Coumans werkte, de harmonie van pater Bauhuis, het Gilde van pater Lempens, de andere paters (Palm, Kok, Tromp, van Moorsel, Souren, van der Zee (cicero), woolie boolie), de controle op maandagmorgen of ons haar niet te lang werd (we drukten ons hoofd in de kraag van de bloes om niet te laten zien dat de haren al weer te lang waren), iedere ochtend hoopvol kijken naar de pakjes voor de deur van de prefect (slechts één keer lag er een pakje voor mij), de eetzalen met de lange tafels en de paters aan de tafel aan het hoofd, de potjes mosterd die we meesmokkelden naar de eetzaal, de appels die we 's nachts gingen pikkenuit de boomgaard aan de overkant van de weg, het hostie-afval dat wij haalden uit de juten zakken op de boerderij (bang om betrapt te worden door de boer of nog erger: de hond), achter de ruiten van het slachthok

van de boerderij kijken naar het slachten van een varken, de Sint

Bernardhond van Zwolsman, de carnavalsfeesten, het bouwen van de blokhut voor het Gilde in het bos bij het kerkhof, de toneelstukken van Kameleon, het wekelijkse schoenen poetsen, de meisjes die voor het eerst aanwezig waren met carnaval, de voetbalwedstrijden, het schitterende park met de boksboom.

 

 

Natuurlijk, iedereen heeft sentimentele

gevoelens bij zijn oude school, maar Ravensbos was anders. Als kind van 11 jaar weg van je ouders. 1964, nog echte kinderen waren we. Slechts drie keer per jaar enkele weken met vakantie naar huis en daarna weer buiten afscheid nemen. De aardige kleine broeder, wiens naam ik kwijt ben, ving ons op. Mijn ouders, die in Heerlen woonden, kwamen op zaterdagavond langs om de was op te halen, maar zij mochten niet binnen komen. In de auto - 's winters met draaiende motor om warm te blijven - las ik snel mijn briefje voor met alles wat ik wilde vertellen en vragen. Het was een andere tijd. Veel is nu niet meer voorstelbaar.

 

Ik ging naar Ravensbos in 1964, de tijd van het rijke roomse leven. Ik herinner mij goed dat ik worstelde met de vraag:

hoe weet je of je priester wilde worden? Pater Lempens, familie van

kennissen van mijn ouders kwam op bezoek en het was geregeld.

Ik vertrok uit Ravensbos in 1969. De mammoetwet had zijn intrede gedaan..

Daardoor, en door de vele onbevoegde leraren, was het niet meer mogelijk om op Ravensbos eindexamen te doen. Ik verliet Ravensbos om vanuit mijn woonplaats, Heerlen, mijn opleiding af te maken. In 1973 behaalde ik mijn atheneumdiploma op het St. Bernardinuscollege.

 

 

Ravensbos is voorbij, jeugdherinneringen

blijven. Tijd werkt relativerend en ik heb uiteindelijk toch vooral

dierbare herinneringen aan Ravensbos. Dankzij de site kwamen deze

herinneringen weer boven en ik hoop met deze bijdrage wat van deze

herinneringen met anderen te hebben kunnen delen.

 

 

Wim Tijbosch

mei 2002